Ik heb weer wat uitgespookt! Na anderhalve week werken in een hostel kwamen er twee mensen slapen die de volgende dag de Tongariro Crossing wilden gaan doen waar ik me bij kon aansluiten. Dat werd
om 22:00 's avonds afgesproken. Ik washelemaal blij en enigszins bezorgd om de kleine hoeveelheidvoedsel die ik had, totdat ik besloot dat mijn collega's het wel met iets minder ontbijt konden
doen.
We vertrokken vroeg in de ochtend en begonnen de wandeling onder een opgaande zon door een vallei met lage begroeiing - donkerrode sprieten, mos en zandkleurige planten waarvan ik de namen niet
weet. De bodem van de beek die we doorkruisten had patronen van glitterend zand in allerlei kleuren. Rode, zilveren, groene en blauwe stroken kruisten elkaar en vormden kleine beekjes van zichzelf.
Je merkt misschien dat ik een beetje poëtisch begin te schrijven, maar de foto's doen het geen recht aan - dit is poging twee om het over te brengen. Poging drie is in een vliegtuig stappen en zelf
gaan kijken. Poging vier en vijf zijn fotografie- en schrijfcursussen.
We liepen verder. Tot dan toe was het pad vrij makkelijk, maar bij de trappen werd het wat zwaarder - vooral voor die arme Japanner die 14 kg meedroeg op zijn rug. We hadden er een paar uur op
zitten toen we bij summit base vanMount Ngauhuroe, ook wel eensMount Doom genoemd in een paar obscure films, aankwamen. Ons was verteld dat we 'm vandaag niet zouden kunnen beklimmen vanwege de
sneeuw, maar de sneeuw leek mee te vallen en we zagen mensen lopen. Nou ja, lopen... Er was geen pad, dus we liepen recht naar boven richting de krater. Na een hoop wegglijden in vulkanische
puimsteentjes en flink wat geklauter, kwamen we boven de wolken uit en stonden op de rand van de krater. Aan de overkant was sneeuw en aan onze kant kwam er stoom uit de stenen die we gebruikten om
onze handen op te warmen. Ik kan verder niet veel meer zeggen dan dat het mooi was. Het soort mooi dat je kriebels in je buik geeft en waardoor je af en toe vergeet dat je mond open staat.
We zijn er lang genoeg gebleven om te eten achter een richel uit de wind en in de zon - dezelfde zondie gelijk een mooi rood kleurtje op mijn gezicht heeft aangebracht. Toen werd het tijd voor de
terugweg. Terwijl wij boven waren, had een wolkendenk zich onder ons verzameld. Eenmaal daarin afgedaald was het zicht minimaal en zijn we voorzichtig naar beneden gestruikeld. Onderaan de summit
duurde het even voordat we het pad door de mist hadden gevonden en ondertussen werden de regen en de wind sterker. We wilden de crossing voortzetten, maar tegenliggers raadden dat ons sterk af en
we zijn teruggegaan.
Zeiknat van de regen liep ik terug met de zon, sneeuw,witte wolkenen bergtoppen inmijn hoofd.